Heibel op de Trolstigenvegen (05-08-2015)
‘Zullen wij vandaag de Trollstigenvegen rijden?’ vraagt Jaap op een regenachtige ochtend. Ik kijk op de kaart en zie het teken van ‘mooie toeristische route’ op de kaart staan. Maar ik zie ook veel bochten, haarspeldbochten wel te verstaan. Met grote ogen kijk ik Jaap aan en vraag: ‘Je wilt deze weg toch niet met de caravan rijden?’ Jaap haalt zijn schouders op en zegt nonchalant: ‘Waarom niet? Dat is best te doen.’
Even later rijden wij met de sleurhut achter ons aan richting de Trollstigenvegen. De weg begint rustig en onder het genot van een kopje koffie vraag ik: ‘Waarom heet deze weg eigenlijk zo?’ Jaap antwoordt: ‘Omdat de weg zoveel haarspeldbochten heeft lijkt het op een trollentrap.’ Ik heb de video en het fototoestel onder handbereik en probeer wat van de omgeving vast te leggen. Dit valt echter niet mee met de regen en de laag hangende bewolking.
Dan is daar de eerste haarspeldbocht. Jaap zegt enthousiast: ‘Ruben tel maar mee, dat is één!’ Ruben veert meteen op en kijkt al uit naar de volgende. Jaap vindt dit soort wegen geweldig leuk om te rijden. Ik niet. Ik zie alleen maar dat de weg erg steil om hoog gaat en voel mijn maag al samenknijpen. Bovendien heb ik last van hoogtevrees. ‘Ruben, hoeveel bochten zitten wij al?’ Ruben antwoordt enthousiast: ‘ Al zes pappa!’ Jaap ziet mijn wit weggetrokken gezicht en zegt: ‘Stijgend verkeer heeft voorrang, dat weet je toch? Ik kachel gewoon de berg op in de tweede versnelling en zorg dat ik niet stil kom te staan.’ Jaap heeft gelijk, het verkeer dat de berg af rijdt gaat netjes aan de kant op een passeerplek en laat ons voor gaan. Er heerst een gemoedelijke sfeer op de berg en ik ontspan langzaam maar zeker. Zo nu en dan maak ik een foto, maar veel is er echter niet te zien door de laaghangende bewolking. Jammer, want bij helder weer kan je heel diep in het dal kijken en zie je alle haarspeldbochten die we hebben gereden.
Dan laat het zonnetje zich voorzichtig zien en kan ik toch nog wat mooie foto’s maken. Maar opeens komt er een heel grote touringcar van de berg afrijden. De buschauffeur trekt zich niets aan van de gouden regel en rijdt gewoon langs een passeerstuk recht op ons af! Jaap geeft een ram op zijn toeter, maar ook hier trekt de chauffeur zich niets van aan en rijdt gewoon door! Mijn hart gaat als een razende te keer. Jaap moet stoppen en gebaart boos naar de buschauffeur dat hij toch echt achteruit moet rijden. De chauffeur gebaart echter naar ons dat WIJ MET CARAVAN achteruit moeten rijden. Ondertussen zie ik in de achteruitkijkspiegel dat er een aantal auto’s achter ons staan. Jaap snauwt: ‘Pak je camera Maaike en ga dit filmen. Dit is niet normaal. Wat een eikel. Maak een foto van zijn kentekenplaat. Als hij schade aan onze caravan rijdt, weet ik hem te vinden!’ Met bibberende hand pak ik de camera en begin te filmen. De chauffeur maakt nu een gebaar dat hij wel langs ons heen kan rijden. De reisleidster die naast de chauffeur zit ziet spierwit en kijkt met grote ogen naar ons. Even denk ik: ‘Als ik al groen en geel zie van angst, dan zal zij werkelijk zeven kleuren sch#ten zo hangend langs de afgrond…’
Dan schuift de enorme touringcar heel langzaam langs ons heen. Wanneer hij ons gepasseerd heeft, haal ik diep adem en begint mijn hart weer met kloppen. Maar nu moet Jaap nog gaan rijden. De koppeling krijgt flink op zijn donder, maar we rijden weer. Het is heel stil in de auto, heel stil. Na een paar minuten zegt Jaap boos: ‘Tjonge wat een eikel!’
Bij het eerst volgende uitkijkpunt stoppen wij om van het uitzicht te genieten, de lucht is inmiddels opgeklaard!