Jacco viert zijn eigen feestje (02-12-2015)
Afgelopen zondag zaten wij in de kerk. Het eerste kwartier van de dienst zijn de kinderen ook in de kerk en daarna gaan ze naar de kindernevendienst. De tiener die Jacco begeleidt tijdens de kindernevendienst zit tijdens dat kwartier vaak naast Jacco. Natuurlijk wilde Jacco bij hem op schoot, maar vanwege zijn gipsarm ging dat allemaal niet zo makkelijk. Zijn linkerarm zit in een mitella, want het gips zit voorbij zijn elleboog en maakt bewegen iets ingewikkelder. Toen wilde Jacco bij mij op schoot, maar daar begin ik niet meer aan. Naast die onhandige gipsarm wordt hij ook gewoon te zwaar. Toen had hij bedacht dat zijn helm maar af moest. Razendsnel pakte ik deze van hem af. Ervaring leert dat hij deze een enorme zwieper kan geven en ik heb nog steeds het beeld op mijn netvlies van een vliegende helm door de kerk. Toen Jacco zijn helm af had gedaan, kwam er zo’n enorme zweetlucht van zijn hoofd af, dat ik snel de helm weer wilde opzetten. Voor iedereen veel fijner. Gelukkig accepteerde hij dit na een paar pogingen en gefluister van mijn kant dat hij toch echt de helm weer op moest doen.
Toen de dominee ruimte gaf voor stil gebed gebeurde het. Tijdens het moment van absolute stilte liet Jacco pardoes een enorme scheet. Het was zo’n knaller dat hij in de verste uithoeken vast en zeker hoorbaar was. Zulke dingen kunnen gebeuren en de kunst is dan om net te doen alsof je niets hoort en de omstanders te laten geloven dat het echt niet van onze kant af kwam. Deze illusie hield ik echter maar enkel seconden vast, want Jacco giechelde keihard: ‘Een scheet! Jacco liet een scheet!’
Tja, en dan is het gewoon een kwestie van vooral niemand aankijken, naar beneden kijken en probeer vooral niet te lachen. De eerste twee aspecten lukten nog wel, maar helaas kon ik mijn lachen niet meer in houden. Ik pakte maar een zakdoekje om mijn gezicht te verbergen, om te voorkomen dat Jacco zou merken dat ik zo moest lachen.
Toen het stil gebed over was, pakte ik maar een rolletje snoep uit mijn tas om Jacco rustig te houden. We moesten immers nog een paar minuten voordat het tijd was voor de kindernevendienst. Ik was echter vergeten dat Jacco het rolletje moeilijk kon openmaken met één arm in het gips. Dus hij zat flink te pielen en te peuteren en pardoes viel er een snoepje op de grond. Het viel helemaal onder bank en rolde richting de voeten van de meneer voor ons. Jacco bedacht zich geen moment en dook onder de bank om het snoepje te pakken. Voordat ik er erg in had zat hij klem tussen de bank. “Mamma, ik zit klem!’ piepte hij. Ik probeerde hem uit alle macht los te wrikken, maar ook hier zat die gipsarm weer gigantisch in de weg. Terwijl ik mij lach niet kon in houden, fluisterde ik nog: ‘Wacht maar even Jacco, ik vraag wel even of die meneer jouw snoepje wil pakken.’ Gelukkig zag hij het belang hiervan in en bukte om het gewraakte snoepje te pakken. In de tussentijd was Jacco los en ging het snoepje richting mond.
Net toen ik van deze schrik bekomen was, vond Jacco dat pappa ook een snoepje mocht hebben. Maar pappa zat helemaal aan de andere kant naast Ruben. Dit was voor Jacco echter geen probleem. Hij klom bijna over de schoot van de tiener heen en schoof langs zijn tante en dauwde het snoepje – – – hopsa- in pappa’s mond.
Het laatste snoepje was voor mij. Zo lief, maar o zo onhandig. Want daar ging hij weer langs zijn tante en wederom klom hij bijna over de tiener heen naar mij toe. In een fractie van een seconde zag ik een enorme gipsarm mijn kant op komen. Ik kon nog net wegduiken om een boksersneus te voorkomen, want Jacco’s oriëntatie vermogen is niet al te best. Ik kon niets anders doen dan al proestend en hinnikend mijn mond open te doen voor zijn laatste snoepje. Tevreden nam Jacco weer plaats in de kerkbank. ‘Mamma, mag Jacco nog een rolletje snoep?’
Gelukkig gaf de dominee eindelijk de verlossende woorden: ‘De kinderen mogen nu naar de kindernevendienst.’ Terwijl Jacco met de tiener in zijn kielzog naar zijn eigen dienst ging, bleef ik achter met pijn in mijn buik van al Jacco’s capriolen.