Boerenkool met een fancy parapluutje (16-09-2017)
‘Beschrijf jezelf eens als een gerecht. Het mag een voorgerecht zijn of juist het hoofdgerecht. Misschien vind je jezelf wel een toetje. Gebruik al je zintuigen in je beschrijving. Je hebt 10 minuten de tijd. Aan de slag.’
Ik kijk de lerares van de training; ‘Ouders Deskundig en Bekwaam’ vol ongeloof aan. Mijn blik zegt: ‘Dit meen je niet!’ Ze knikt mij bemoedigend toe en zegt met haar ogen: ‘Ga maar aan de slag, alles mag en alles kan!’
Ik staar naar mijn papier. Wat baal ik van deze opdracht. Ik weet niet wat ik hiermee aan moet. Natuurlijk begrijp ik het doel van deze opdracht: ‘Bekijk jezelf eens vanuit een andere hoek, denk out-of- the-box en laat je fantasie de vrije loop. Het eerste beeld dat bij mij naar boven komt is een dampend bord boerenkoolstamppot. Ik moet lachen om dit beeld. Tjonge, dit heb ik weer. Waarom geen kleurige en geurige fruitcocktail in een super-de-luxe glas, rijkelijk versierd met een fancy paraputje en een handig rietje! Zo eentje dat een lust is voor elk oog en iedereen graag wil bestellen? Maar nee, ik ben een boerenkoolstamppot met worst. Tja, hoe red ik mij hier nu weer uit.
Met een diepe zucht ga ik dan toch maar, onder het motto: ‘Je eerste ingeving is meestal de beste’, aan de slag. Gelukkig had mijn vader een moestuin en verbouwde daarin ook boerenkool. Ik zie hem nog thuis komen met een grote boerenkoolstruik, inclusief wormpjes, orenkruipers en aardekluit onder zijn arm. Niet echt appetijtelijk.
Boerenkool heeft grote groene bladeren. Nou ben ik met mijn 1.90m vrij groot, maar daar houdt de vergelijking dan ook meteen op. De bladeren van de boerenkool zijn taai. Taai… Wanneer iets niet klopt, dan ga ik dit uitzoeken. Daarin kan ik best vasthoudend zijn. Met een beetje fantasie zou je het taai kunnen noemen.
Boerenkool is het lekkerst wanneer de vorst eroverheen is gekomen. Dan komen er bepaalde suikers vrij die het zacht en zoet maken. Ha, nou komen we ergens. Wanneer ik terug kijk op de afgelopen zeven jaar dat Jacco epilepsie heeft, zie ik dat deze ‘vorstperiode’ mij veranderd heeft. Het heeft van mij een vechter gemaakt, maar tegelijk heeft het mij ook zachter gemaakt en meer begripvol. Ik begrijp de worstelingen van andere moeders veel beter, omdat ik iets vergelijkbaars heb meegemaakt.
Boerenkool valt onder de zogenaamde zware winterkost. Ook hier weer een link naar mijn leven en wie ik geworden ben. Het is namelijk best complex en soms ook zwaar om in mijn schoenen te staan. De epileptische aanvallen van Jacco zijn onvoorspelbaar en akelig om te zien. Bovendien vraagt het enige medische kennis. Daarnaast hebben de epileptische aanvallen gevolgen voor zijn ontwikkeling en gedrag. Zo kan hij niet lezen en schrijven, heeft hij moeite met zelfreflectie, geen rem op zijn gedrag, ziet geen oorzaak en gevolg en is onvoorspelbaar. Hij vraagt constante begeleiding en alertheid van mij.
Boerenkool is niet af zonder rookworst. De ‘dertien-in-een-dozijn Hema rookworst’, zou mij het best omschrijven: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Geen gezeur en niet zo moeilijk doen!’
Het gerecht Maaike is nog niet klaar. Het is nog een beetje saai. Men neme dus een flinke schep piccalilly om het geheel wat op te kleuren en een verrassende kwinkslag te geven. Humor is mijn tweede natuur geworden. Humor relativeert. Humor geeft de kracht om door te gaan. De pittige mosterd zou je kunnen vergelijken met een spiegel voor de nodige zelfreflectie en zelfspot. Met nog een verrassende frisse augurk van het ‘leren denken in mogelijkheden’ is het gerecht Maaike helemaal klaar.
Het grappige aan dit gerecht is dat je kunt spelen met de ingrediënten. Wanneer ik geen zin heb om de zware en verdrietige kant van mezelf te laten zien, dan leg ik gewoon de nadruk op de piccalilly, de mosterd en de augurk.
Tevreden over mijn gerecht stap ik in de auto op weg naar huis. Thuis aangekomen gekomen is Jaap al aan het koken. Het ruikt lekker. Nieuwsgierig vraag ik: ‘Wat eten we vandaag?’ Dan valt mijn oog op het potje piccalilly en mosterd dat op het aanrecht staat. Terwijl ik het uitproest van het lachen, kijkt hij mij niet begrijpend aan. Schouderophalend gaat hij maar door met stampen.
Ik ben benieuwd wat voor toetje hij heeft bedacht. Krijg ik misschien toch nog mijn fruitcocktail met fancy parapluutje!