Natuurlijk ook van Jacco!
We rijden langs een caravanzaak in Noorwegen, wanneer Jaap zegt: ‘Ik wil toch even vragen welk soort remmen er onder een Noorse caravan zitten. Ik heb namelijk het gevoel dat de remmen van onze caravan niet helemaal goed zijn.’
Tja, de wegen zijn hier wel wat extremer dan in Nederland. Ik denk aan de bordjes langs de weg met daarop een stijgingspercentage van soms wel acht procent! Jaap gaat verder: ‘Het is volgens mij niet goed wanneer de remmen bij het dalen heet worden en zelfs roken.’ Behendig draait hij de auto met caravan. Zo knap!
Even later staan we bij de caravanzaak en terwijl Jaap een medewerker zoekt, vraagt Ruben:’ Mam, mogen wij even in de caravans daar buiten kijken?’ Ik zie een heleboel caravans met de deuren uitnodigend open staan, dus ik denk dat het geen probleem zal zijn wanneer wij even naar binnen gluren. Eigenlijk ben ik zelf ook wel nieuwsgierig hoe zo’n ontzettend lange Noorse Kabe er van binnen uit ziet.
Voorzichtig lopen we bij de eerste naar binnen. ‘Wow, mamma. Moet je kijken, deze is mooi!’ Tjonge, hij is inderdaad ontzettend mooi en vooral dúúr: ik durf bijna niet met mijn schoenen aan naar binnen te gaan! ‘Kijk mam, een driepersoonsstapelbed! Met gordijntjes rondom elk bed! Dan kan Jacco voortaan ook mee op vakantie.’ Zijn ogen beginnen te glimmen, wanneer hij verder gaat: ‘Hij kan hier beneden slapen met de camera, zodat jullie hem in de gaten kunnen houden.’ Ook Hanna ziet het helemaal zitten. Enthousiast gaat zij verder: ‘Ja en dan ga ik boven en Ruben in het midden!’ Waarop Ruben op zijn beurt weer reageert: ‘Nee Hanna, ik wil bovenaan!’
Terwijl Hanna en Ruben aan het kibbelen zijn over wie er boven gaat slapen, slik ik mijn emoties weg. ‘Wat lief dat jullie ook aan Jacco denken. Willen jullie dan dat Jacco mee gaat op vakantie?’ Even is het stil en dan zegt Ruben verdrietig:: ‘ Ja, want ik mis Jacco best wel.’ Hanna valt hem in de reden en zegt heel serieus:’ Ja, want het is best zielig dat hij niet mee kan omdat hij epilèpsie heeft.’ Waarop Ruben weer snel reageert: ‘Dus mam, gaan we deze kopen?’ Hij ziet het helemaal zitten! Ik heb echter zo mijn bedenkingen: bij het naar binnen lopen heb ik namelijk het prijskaartje zien hangen…
Dan komt Jaap er aan. ‘Die Noorse caravans hebben geen andere remmen dan de onze. Ook remmen de Noren bij sterke dalingen hetzelfde als dat ik steeds doe.’ ‘Dus is het zoals het is….?’ zeg ik aarzelend. Jaap, nog niet helemaal tevreden, haalt zijn schouders op. ‘Ik ben wel blij dat ik bij het dalen op een goede manier afrem.’
Even later rijden we verder en moet ik nog denken aan wat Hanna en Ruben zeiden. Wat gaat er toch veel om in hun hoofd…Misschien is de tijd aangebroken dat wij Hanna en Ruben zachtjes aan bij beslissingen gaan betrekken, door middel van een soort familieberaad…
Prietpraat:
We hebben ansichtkaarten gekocht. Aan een picknicktafel versiert Hanna de kaartjes en schrijven Ruben en ik er een verhaaltje bij.
Terwijl ik eindig met de namen van ons viertjes, zie ik dat Ruben schrijft: en natuurlijk ook van Jacco!