De eerste pannenkoek
‘Máham, wat weten we vandaag?’ Enthousiast loopt Hanna de keuken in. ‘O, lekker pannenkoeken, mijn lievelings…!’ Terwijl zij verlekkerd naast mij staat, ben ik aan het prutsen. De eerste pannenkoek gaat altijd lastig. De pan is nog niet heet genoeg of het olie is nog niet goed verdeeld. Ik wéét niet waarom het altijd mis gaat. Vol begrip zegt ze: ‘Op scoutingskamp hebben we ook pannenkoeken gegeten en daar mislukte de eerste ook!’ Terwijl ik de boel nog een beetje probeer te redden, hoor ik achter mij: ‘Hé, dat is net als bij ons, Jacco is ook de eerste en die is ook mislukt!’
KNAL!
AU!
Abrupt laat ik de spatel vallen en kijk haar geschrokken aan. Compleet overdonderd door haar opmerking stamel ik: ’Wat zeg je nou?’ Ze merkt het niet en rent weg. Naar buiten. Naar haar vriendinnetje. Mij in complete verwarring achterlatend…
Jacco mislukt? Hoe komt ze dáár nou weer bij! Verdrietig denk ik aan mijn oudste zoon van alweer 15 jaar. Toen hij vier was kreeg hij een nare vorm van epilepsie met als gevolg een verstandelijke beperking en ontwikkelingsachterstand. Hij kan niet lezen en schrijven en is ‘blijven hangen’ op het niveau van een kleuter. Maar is hij daarom mislukt? En Hanna en Ruben ‘gelukt?’
Eigenlijk heb ik helemaal geen zin meer in het bakken van pannenkoeken. Mijn feestelijke stemming is in één klap verdwenen. Maar ja, ik heb het beloofd en bovendien ben ik al begonnen. Op de automatische piloot besluit ik toch maar door te gaan. Ik kan me niet voorstellen dat iemand dit tegen haar gezegd heeft! Zoiets zeg je immers niet. Ze moet het dus zelf bedacht hebben, dat kan niet anders!
Na de eerste mislukte pannenkoek gaat het (inderdaad) een stuk beter. De pannenkoeken vliegen nu één voor één de pan uit en de stapel wordt hoger en hoger. Mijn moeder bakte vroeger ook altijd zelf pannenkoeken. Dat was één groot feest, want ik mocht namelijk bij haar op het aanrecht zitten terwijl zij aan het bakken was. Ook bij haar mislukte de eerste altijd. Stiekem gaf ze deze dan alvast aan mij met wat stroop of suiker. Eerlijk gezegd vond ik dat altijd de lekkerste pannenkoek van allemaal. Later werd dit geheimpje ontdekt door mijn broertje en zusje en aasden zij, samen met mij, op de eerste mislukte pannenkoek…
Natuurlijk hoopten wij dat er nog meer pannenkoeken zouden mislukken, maar helaas… De stapel pannenkoeken van mijn moeder was altijd heel divers: klein, groot, dik, dun, licht of juist wat donkerder. Ze was vaak een uur aan het bakken en wij aten ze als hongerige wolvenwelpjes in een kwartiertje op.
Ze heeft één keer een pakje kant en klare pannenkoeken gekocht. Waarschijnlijk had ze toen geen tijd of geen zin om te bakken. De pannenkoeken waren allemaal even groot, even dik en even bruin gebakken. Zelfs de ribbeltjes aan de zijkant waren allemaal even perfect! Ik vond er niets aan en bovendien vulden ze voor geen meter! Na een tijdje had ik gewoon weer trek.
Tja, het leven is gelukkig geen stapel ‘kant-en-klaar-perfect-gevormde-pannenkoeken-uit-een- pakje’. Dat zou toch ontzettend saai zijn! Juiste de eigenheid van elke pannenkoek maakt het geheel tot één grote feestelijke stapel! En ja, soms gaat er net eentje anders dan verwacht of gehoopt…
Jacco mislukt! Hoe komt ze erbij! Ik besluit om er nu niet meer op terug te komen. In plaats daarvan mag Hanna mij de volgende keer mag helpen,. Ze mag dan gezellig naast mij op het aanrecht zitten en de eerste pannenkoek, die natuurlijk weer mislukt, mag ze lekker oppeuzelen. Dan hoop ik toch nog even terug te komen op deze voor mij zo confronterende opmerking.