Een lach en een traan
Jacco is een ‘man van uitersten’. Hij vindt je leuk of hij laat je links liggen. Hij is enthousiast of denkt ‘boeien, ik heb geen zin’. Hij is ook altijd eerlijk en zegt dingen recht voor zijn raap. Hij heeft geen dubbele agenda en maakt ook geen plannetjes om te zorgen dat hij krijgt wat hij wil. Als hij lacht, lacht hij echt. Als hij huilt, is er ook écht is aan de hand. Deze emoties gaan bij hem nooit samen. Soms ben ik daar jaloers op, want een lach én een traan gaan bij mij vaak wel samen, vooral als ik aan Jacco denk…
Deze wirwar van emoties komen vaak onverwachts en in alle hevigheid bij mij op. Zo bracht ik Jacco laatst naar bed en werd ik opnieuw getroffen door de impact van de epilepsie op mijn kleine, grote mannetje…
Na mijn herhaalde oproep dat het nu toch echt tijd is om naar bed te gaan, staat meneertje mopperend op en sjokt met zijn grote puberlijf voor mij uit naar boven. Wanneer hij naar zijn kamer loopt, roep ik snel: ‘Eerst naar de badkamer om te plassen en tanden te poetsen!’
Zoals altijd help ik hem met uitkleden en geef hem meteen een klein zetje naar achteren zodat hij op de wc belandt. Vervolgens draai ik mij om, om zijn tandenborstel voor gebruik klaar te leggen.
Alles gaat normaal, totdat ik besef dat ik geen geplas achter mij hoor, maar wat gerommel. Ik draai mij om zie een lachende Jacco achter mij staan met zijn broek op zijn hielen. Onhandig en hard doet hij de wc bril omhoog. Slap van het lachen wijst hij naar de wc. ‘Staand plassen, Jacco gaat net als pappa staand plassen!’ Eigenlijk moet ik lachen om deze slungelige puber die ‘groot’ wil zijn. Maar toch vind ik het niet zo handig. We hebben hem expres geleerd om zittend te plassen vanwege de kans op spetters en natte kleren. Bovendien kan hij niet goed mikken en dus is staand plassen nooit een optie geweest. ‘Jacco je moet echt gaan zitten op de wc, dat is handiger!’ Helaas… tevergeefs. Hij heeft zijn zinnen gezet op staand plassen en ik krijg hem met geen mogelijkheid meer terug op de wc. Hij moet zelf heel erg lachen om deze ondeugende ‘grap’ en ik merk dat zijn lach aanstekelijk werkt op mij. Dit schaterlachen heeft hij altijd al gehad. Als baby schaterde hij zo luid dat niemand het ‘droog’ hield.
Maar dit keer lach ik niet mee, ook al vind ik het eigenlijk best komisch hoe hij erbij staat. Op ferme toon vermaan ik hem tot zitten. Maar het is al te laat… Ik roep nog: ‘JACCO! MIKKEN! Maar hij kijkt ‘ernaar’ en doet niets. In een mum van tijd is de wc nat, de grond nat en natuurlijk zijn kleren. En toen knapte er iets bij mij en schoot ik zomaar 12 jaar terug in de tijd… Jacco, een gezond kereltje van drie jaar bezig en zindelijk te worden, liep in een onderbroekje rond in de woonkamer. Ineens hoorde ik hem heel hard lachen om de plas die uit zijn piemel kwam…
Maar nu zijn we 12 jaar verder. Met een brok in mijn keel kijk ik naar mijn grote zoon van bijna 16 en besef dat hij eigenlijk nog steeds dat kereltje van drie jaar is… alleen nu in een puberlichaam. Dat doet zeer! Snel herpak ik mezelf en zet hem op de wc. Met ferme toon zeg ik: ‘Jij moet zittend plassen, kijk nou eens… alles is nat!’
Om mijn woorden extra kracht bij te zetten voeg ik er nog aan toe: ‘Kabouter Plop plast ook zittend!’ Met grote ogen kijkt hij mij aan. Zo, dat maakt duidelijk indruk! Onvermoeid ga ik verder: ‘Ja, want anders zegt kabouter Kwebbel: ‘Foei kabouter Plop, wat een bende! Jij moet zittend plassen!’ Dan begint Jacco te lachen, maar ik ben nog niet klaar. ‘Piet Piraat plast ook zittend en ook Berend Brokkenpap plast zittend! Iedereen plast zittend!’ Mijn woorden zijn duidelijk geland, want Jacco wijst mij erop dat Steven Stil ook zittend plast. Met een strak getrokken gezicht antwoord ik: ‘Zeker weten!’
Dan is het tijd om tanden te poetsen. Als hij eindelijk op bed ligt, maak ik de wc schoon, de vloer droog en doe ik de natte was in de wasmachine.
Beneden zit Jaap te wachten met koffie. ‘Wat duurde het lang!’ Met een diepe zucht antwoord ik: ‘Iedereen in de buurt van Jacco moet verplicht zittend plassen. Het is ver-bo-den om staand te plassen!’ Jaap zucht: ‘Ach heden, is het weer zover!’
‘Yep!! Ik heb nu Piet Piraat en Kabouter Plop maar in de strijd gegooid om hem te laten zitten…. ‘
Een lach en een traan…Het hoort bij Jacco. Ik slik ze weg met een welverdiend bakje koffie.
2 reacties
Rita Klapwijk
Met een brok in mijn keel lees ik je verhaal; het raakt me diep.
(Eén van onze kleindochters van 3(en half) heeft ook epilepsie. Tot nu toe grotendeels beperkt tot abcenses, maar toch heeft ze er wel alvoor twee keer in het ziekenhuis gelegen omdat ze er niet uit kwam.)
Dank je wel!
Maaike Bolt
Beste Rita,
Bedankt voor je reactie. Wat naar om te lezen dat één van je kleindochters ook epilepsie heeft. Epilepsie is zo ongrijpbaar, maar met de juiste medicijnen kan soms veel bereikt worden. Ik wens jou en haar ouders veel sterkte.
Groeten, Maaike