Het is geen pakketje dat bezorgd moet worden! (1) (05-09-2013)
Ik vind het nog steeds heel moeilijk om Jacco aan iemand mee te geven, ook al is het familie of zijn het goede vrienden. Toen hij naar het speciaal onderwijs ging, werd gelijk gezegd dat hij met de taxi naar school zou worden gebracht; alsof dat de normaalste zaak van de wereld zou zijn! Het idee dat ik Jacco elke ochtend met een wildvreemde mee zou moeten geven, bezorgde mij slapeloze nachten! Stel dat hij in de taxi een epileptisch aanval zou krijgen, zou de taxichauffeur dan wel weten wat hij moest doen? Maar toen ik aangaf dat ik Jacco zelf naar school zou willen brengen, werd mij dat aan alle kanten afgeraden. Het heen-en-weer-rijden- zou een enorme druk geven binnen mijn gezin en bovendien zou het lastig te combineren zijn met de schooltijden van Ruben. Tja.. dan toch maar de taxi.
De chauffeur die Jacco vorig jaar naar school reed, heeft op de respectabele leeftijd van 75 jaar besloten er mee te stoppen. Natuurlijk begrijp ik zijn besluit volledig. Maar het is wel heel jammer voor ons.
Aangezien de nieuwe chauffeur nog op vakantie is, hebben we te maken met een invaller. Tot mijn opluchting was het een heel gezellige vrouw, ze zette Jacco meteen naast zich in de taxi en met een opgelucht gevoel zwaaide ik ze uit!
De hele week hoorde ik geen vervelende verhalen over zijn gedrag, tot dag zes… Toen vertelde ze dat Jacco de volgende dag door een andere chauffeur opgehaald zou worden. Ik schrok ervan, wéér een andere chauffeur! Het was al te laat om het taxibedrijf hierover te bellen, dus was het maar weer afwachten wie mijn kind nou weer zou ophalen!
Tot mijn opluchting werd Jacco weer opgehaald door een aardige chauffeuse. Ik vroeg of zij Jacco zou blijven rijden, waarop ze vertelde dat zij alleen vandaag deze rit moest rijden en dat ze verder niets wist… O nee, morgen dus weer een andere chauffeur, dat kan toch niet waar zijn!
Tot mijn ontzetting zette ze Jacco zonder blikken of blozen helemaal achterin de hoek van de lege taxibus. Daar zat mijn kind dan, voor straf in de hoek, terwijl hij nog niets had gedaan. Met een brok in mijn keel dacht ik: ‘Het is toch geen pakketje met een strikkie erom dat bezorgd moet worden!’ Toen haalde Jacco met een ondeugend gezicht het autootje tevoorschijn die hij niet mocht meenemen van mij! Theatraal maakte ik het foei-gebaar, maar eigenlijk moest ik ook lachen: Wat een heerlijk kind is dit toch!
Toen ik Jacco uitgezwaaid had, belde ik het taxibedrijf maar weer op. Daar kreeg ik te horen dat Jacco’s chauffeuse het te zwaar vond om hem te rijden. Jacco zou steeds op de grond vallen en niet mee willen naar de klas. Wie Jacco de komende dagen zou rijden was nog niet bekend. Bij het horen van dit nieuws werd ik boos omdat ik dit nu pas hoorde, maar ik voelde ook een stuk jaloersheid opkomen: Zij kan immers gewoon zeggen: ’Ik trek het niet meer, ik stop ermee!’
Met een enorme kop koffie in de hand, heb ik voor de zoveelste keer maar weer bekeken of ik Jacco echt niet zelf naar school zou kunnen brengen. Ik wil zo graag van dit taxigezeik af zijn! Na wat gepieker en gepuzzel heb ik samen met onze PGB hulp een vervoersschema gemaakt tot de vaste chauffeur terug is van vakantie. En dan maar hopen dat deze een ‘blijver’ is. Want één ding staat vast: ‘Ik ben al die wisselingen zo zat!’